“We weten wel veel over werkplekleren,” aldus Endedijk, “maar er is niet een universele methode te ontwikkelen die continu professioneel leren ondersteunt. Er is nog sprake van een black box. We moeten erkennen dat leren in de dagelijkse praktijk grillig verloopt, de ene dag beter dan de andere. Maar als leren alleen maar reactief is, gaan kansen verloren. Dus wat kun je in de context doen om het aannemelijk te maken dat het zelfsturend leren gaat plaatsvinden?” 

“We moeten de zorgprofessional ondersteunen, zodat er een 'self-regulatory learning readiness' ontstaat om met zelfsturend leren aan de gang te gaan. Dat betekent dat je met een extra voelspriet rondloopt waarmee je leerkansen probeert te zien. Je zoekt of je iets nieuws kunt doen, of je probeert met iemand mee te lopen, iemand te spreken. Als je er bewust van bent, zie je eerder de kansen”, aldus Endedijk. “En aan de andere kant is er dan de omgeving waarin dit gedrag gewaardeerd wordt. De zelfsturend lerende zorgprofessional moet de support voelen van collega’s en leidinggevenden.” 

Interactie

“Zo’n 60% van wat iemand dagelijks leert in de zorg, gebeurt in interactie met iemand anders. Tijdens een onderzoek van ongeveer acht jaar geleden droegen alle zorgmedewerkers en cliënten een tag, 

waardoor we konden zien wie met wie contact had en hoe het kennisnetwerk eruitzag. Met dit type onderzoek kun je als zorgorganisatie veel meer zicht krijgen op hoe er nu precies bij jou op de werkvloer geleerd wordt.”  

“We denken misschien te vaak aan grote veranderingen. Maar een bestuurder of teamleider moet zich realiseren dat zelfsturend leren nu al plaatsvindt. Je hoort wel: ‘onze mensen leren niet, want ze volgen onze cursussen niet’. Dat klopt niet: heel veel mensen leren heel veel. De vraag is alleen hoe we mensen kunnen ondersteunen om dit nog proactiever te gaan doen.” 

"De zelfsturend lerende zorgprofessional moet de support voelen van collega’s en leidinggevenden"

“Misschien moeten we daarvoor leergemeenschappen oprichten of mensen verantwoordelijk maken voor bepaalde innovaties. Het gaat erom dat er een klimaat ontstaat dat het zelfsturend leren ondersteunt. Stuur je mensen op een cursus ‘gezond leven’ of zet je een schaal appels neer? Je kunt het net even wat makkelijker maken om te leren door kleine stimuli die gedragsverandering veroorzaken.”

Meer onderzoek?

Een eenduidig antwoord op wat je nu precies in de praktijk moet met de constateringen uit onderzoek naar zelfsturend leren, is best ingewikkeld, vindt ook Endedijk. “Het maakt veel uit of je in een team op een afdeling intensief samenwerkt, of dat je thuiszorgmedewerker bent en je je werk min of meer alleen verricht.”  

“Misschien is het wel tijd om een groter project op te zetten”, suggereert Endedijk. “Dat moet dan gezamenlijk, over meerdere organisaties heen. Hoe kunnen we van de zorg een aantrekkelijkere werkomgeving maken voor een grote groep mensen en hoe kunnen we ervoor zorgen dat iedereen zich in die werkomgeving kan blijven ontwikkelen?”  

Op 13 mei jl. vond het symposium “De lerende organisatie van de toekomst” plaats, bedoeld voor professionals op het gebied van Leren & Ontwikkelen in Oost-Nederland. Maaike Endedijk gaf tijdens het symposium een lezing over de zelfsturend lerende zorgprofessional. Bekijk hier een terugblik van het symposium.